Weekopdracht 4: Mediawijsheid

Samen met twee medestudenten heb ik een les ontworpen voor de onderbouw, gericht op mediawijsheid. Voor het ontwerpen van deze les hebben we gebruikt gemaakt van een digitale didactiek en een ontwerpmodel. Ook hebben we gekeken naar de ontwerpeisen die wij het belangrijkst vonden. Deze punten laten we terugkomen in ons uiteindelijke ontwerp.

De digitale didactiek die wij hebben gebruikt 

is de theorie van Mayer. Aan de hand van een PowerPoint komen de volgende punten hierin terug: 

  • Representaties: deze les leggen we vocaal uit, hierbij gebruiken we plaatjes, geen tekst.  
  • Continguïteit: wij gebruiken geen woorden in de presentatie.  
  • Coherentie: we leggen alleen het noodzakelijke uit tijdens de les.  
  • Modaliteit: wij geven een uitleg bij de plaatjes en wij gebruiken geen geschreven tekst. 
  • Redundantie: tijdens de les gebruiken we alleen de plaatjes die nodig zijn om onze uitleg te versterken. 
  • Segmentatie: wij hebben een goede indeling van de les gemaakt en dit laten wij terugkomen in de PowerPoint.  

Wij hebben niet alleen een digitale didactiek gekozen, ook hebben wij gebruikt gemaakt van een ontwerpmodel om de les volgens stappen te ontwerpen. Wij hebben gekozen voor het ADDIE-model. Het ADDIE-model bestaat uit vijf fasen: 

  • Analyse: Deze les is ontworpen voor kinderen van groep 1, 2 en 3. Hierbij is er rekening gehouden met de 21e -eeuwse vaardigheid ‘Mediawijsheid'.  
  • Design: In deze fase ontwerpen we de les. Hierbij hebben we het doel, de inhoud en de vorm bepaald.  
  • Development: Dit is de ontwikkelingsfase, hierin testen wij de les en de gekozen materialen. 
  • Implementation: Tijdens de les observeren wij de kinderen hoe ze aan het werk zijn en hoe ze het doen. 
  • Evaluation: Na de les, gaan wij als ontwerpers, terugkijken op het proces en product. 

Als laatste hebben wij verschillende ontwerpeisen besproken. De volgende drie ontwerpeisen vinden wij belangrijk in een docentenhandleiding 

  • Duidelijke leerdoelen voor de leerlingen; 
  • Gestructureerde handleiding; 
  • Actueel voor de leerlingen. 

Wij laten deze les de kinderen vanuit verschillende perspectieven kijken naar verschillende foto’s. Hierbij kijken wij hoe de foto's zijn gemaakt en of de foto's echt of nep zijn. We laten de foto’s zien aan de hand van een PowerPoint. Verder gaan de kinderen deze les een bouwwerk maken en deze fotograferen vanuit de verschillende perspectieven: kikkerperspectief, vogelperspectief en mensperspectief. Als laatste blikken we terug op de gemaakte foto’s. Niet alle foto’s die je ziet zijn echt. 


De docentenhandleiding kunt u hier downloaden. 


Terugblik:

De kinderen vonden het een erg leuke les. Ik merkte dat de kinderen al direct betrokken waren door de foto waarmee ik begon. Ik merkte dat de helft van de kinderen doorhad hoe de foto in elkaar zat, de andere helft niet. Het was erg interessant om de verschillende reacties te zien en te horen. Het werken met de verschillende perspectieven maakte het interessant want de kinderen liepen met de iPads verschillende kanten op en bekeken vanuit de verschillende perspectieven. Waar ik de volgende keer meer op wil letten, is de focus op “echt of nep”. Het was uiteindelijk meer gericht op de verschillende perspectieven dan op het “echt of nep” gedeelte van de les. Hierdoor week ik iets te veel af van het doel van de opdracht, een aandachtspuntje voor de volgende keer! 

Reacties